Huffels en Woezels
Huffels en Woezels stelen honing
Lekker
Pas op, pas op

Zo zwart als teer
Gaan ze op en neer
Jij ben alleen
Zij om je heen
Ver weg, dicht bij
Kijk uit, opzij
't zijn gluiperds
Vol oplichterij

Het lijkt een mop
Maar beertje, pas toch op
Een Huffel of een Woezel
Heeft altijd een moesel
Een Huffel en een Woezel
Die zijn vals, vals, vals, vals
Alleen of met zijn tweesels
Het is maar een ideesels
Je kijkt en dan zie jij ze overals
Als, als, als
En nimmer te voorspellen
Dus pas op je tellen
Het is steeds een andere maat
En vreemd gebouwd, bouwd, bouwd
En ben je dol op honing
Het is geen vertoning
Ze slurpen alles op waar je van houdt

Ze zijn groen en blauw
En dik en dik
En rond en vierkant
Ze zijn niet goed snik
Ze raken zomaar in knopen verstrikkeld
Je hebt ze met strepen
Soms zijn ze gespikkeld
Het lijkt een mop
Maar beertje, pas toch op

Een Huffel of een Woezel
Heeft altijd een moesel
Een Huffel en een Woezel
Die zijn vals, vals, vals, vals
Alleen of met zijn tweesels
Het is maar een ideesels
Je kijkt en dan zie jij ze overals
Als, als, als
En nimmer te voorspellen
Dus pas op je tellen
Het is steeds een andere maat
En vreemd gebouwd, bouwd, bouwd
En ben je dol op honing
Het is geen vertoning
Ze slurpen alles op waar je van houdt

En nimmer te voorspellen
Dus pas op je tellen
Het is steeds een andere maat
En vreemd gebouwd, bouwd, bouwd
En ben je dol op honing
Het is geen vertoning
Ze slurpen alles op waar je van houdt

Zo zwart als teer
Gaan ze op en neer
Jij ben alleen
Zij om je heen
Ver weg, dicht bij
Kijk uit, opzij
't zijn gluiperds
Vol oplichterij

Pas op, pas op, pas op, pas op, pas op